Tagarchief: woensdag

‘The sky looks pissed’

Over het water glijd ik steeds dichter naar Dordt. M’n fiets staat geduldig op het dek uit te waaien terwijl ik lekker warm binnenzit en luister naar Ingrid die zich net als ik vol melancholie afvraagt ‘and are we there yet? Home, home, home‘. Uit het raam zie ik een grijsgrauw landschap voorbijtrekken, water en lucht zijn eensgezind vandaag.
My love’s too big for you my love‘, zingt ze verder, ik hou van haar stem, op de een of andere manier krijg ik altijd weer wat energie van deze muziek. Lief, teder, krachtig, als je zo kunt zingen is er nog hoop, ondanks het feit dat de wereld één grote regenwolk is vandaag.

Holland op z’n treurigst, weer eens wat anders dan op zijn smalst, toch probeer ik ook daar iets van schoonheid in te ontdekken. Als ik dat niet meer kan, is het leven echt onleefbaar geworden. De waterbus deint de haven binnen en ik kijk zoekend om me heen of C. op de kade staat. Op dat moment hoor ik iemand fluiten en ik herken z’n postuur in de verte. Door de motregen fiets ik naar het restaurant waar hij op me wacht, een prachtige locatie aan het water. Ook binnen ziet het er bijzonder uit, een soort van glazen koepel is rond het oude veerhuis gebouwd door een bevriend architect, vertelt hij. We praten, eten en drinken bij. Met een glas wijn geniet ik nog even van het sprookjesachtige uitzicht op de Beneden Merwede voordat ik in een inmiddels donker Dordrecht weer afscheid neem en de volgende boot terug.
Marjelle

The Chain Ingrid Michaelson
The sky looks pissed.
The wind talks back.
The bones are shifting in my skin and you my love are gone.


Het loopt de spuigaten uit!

Soms kunnen grote dingen kleine gevolgen hebben en andersom. Het uitstellen van bepaalde zaken is de afgelopen periode m’n tweede natuur geworden. Wat die dingen gemeen hebben is dat ze toch al nooit m’n favoriete bezigheid waren, rekeningen betalen, formulieren invullen, mailen, kapotte spullen vervangen, moetendingen informeren… kortom de lijst is schier oneindig. Af en toe kijk ik er met een schuin oog naar en denk ‘o ja, dat komt morgen’ of ‘nog een paar honderd extra rood staan, moet kunnen’.


Bij De Tuinen zit ik aan het water, het is een mooi terras waar ik zelden kom omdat het of afgeladen vol is of voornamelijk wordt bevolkt door yuppen en ballerige studenten. Grappig, bedenk ik, als ik ze hoor praten klinkt het net alsof het leven geheel zorgeloos aan ze voorbijgaat, niets ze kan raken. Schijn bedriegt, ik weet er alles van. Terwijl ik in het zoveelste broodje kaas hap, zie ik aan de overkant een vrouw met afgrijzen naar haar bord kijken. Ze wijst naar iets in haar salade dat ik niet kan zien, maar de gezichten van haar tafelgenoten spreken boekdelen.





soms als je je niet wilt irriteren aan het gebabbel van de mensen om je heen kun je beter luisteren naar wat er gezegd wordt in plaats van de stemmen weg te drukken. met pijn werkt dat af en toe ook zo, juist door je erop te concentreren en naar de kern te gaan wordt het leefbaarder. je verzetten kost energie, leren meebuigen is de kunst, peins ik terwijl ik het servet dat fungeerde als wespverdrijver van m’n glas tonic afhaal, al is dat in de praktijk weleens lastig.



vanmiddag zomert het nog in rotterdam, misschien wel de voorbode van een indian summer. indiaanse mannen zijn ook mooi, mijmer ik, maar daar gaat het nu niet om. kleine dingen hebben soms grote gevolgen, zo begon ik, maar dan andersom.
onder de douche viel me laatst op dat het water minder snel wegstroomde, de dag erna ging het nog langzamer. ‘ik moet gauw dat putje ontstoppen’, dacht ik, ‘gewoon even een schroevendraaier pakken en hop’. toen ik vandaag onder de warme douchestraal stond besloot ik om het nu ook echt te doen. ik droogde me af, deed nietsvermoedend de badkamerdeur open en zag tot m’n verbijstering dat niet alleen de hal blank stond, maar het water ook doorsijpelde naar de living en de slaapkamer.


‘holy shit! als de buren er maar geen last van krijgen’, mompelde ik binnenmonds en lag binnen een paar tellen halfnaakt nog op m’n knieën in een poging het water weg te werken met een van het rek gegriste handdoek. ‘wellicht is dit een wake up call’, ging het door me heen toen ik daar deppend en soppend op de grond lag. uiteindelijk bleek het putje niet eens echt verstopt, misschien kan ik er wel helemaal niets aan doen en zit de verstopping veel dieper net als verdriet of komt hij ergens anders vandaan.
en de buren? die waren niet thuis.
marjelle


"’wat zit je daar te schrijven?’ vroeg poeh, terwijl hij op de schrijftafel klauterde.
‘de tao van poeh,’ antwoordde ik.
‘de hóe van poeh?’ vroeg poeh en maakte een vlek op een woord dat ik net had geschreven.
‘de tao van poeh,’ antwoordde ik, zijn poot wegpriemend met mijn potlood.
‘het lijkt meer op de au! van poeh,’ zei poeh, terwijl hij over zijn poot wreef.
‘nou, dat is het dus niet,’ zei ik nijdig.
‘waar gaat het over?’ vroeg poeh, terwijl hij zich naar voren boog en weer een woord besmoezelde.
‘het gaat erover hoe je blij en kalm moet blijven onder alle omstandigheden!’ schreeuwde ik.
‘heb jij ’t gelezen?’ vroeg poeh."
uit: ‘tao van poeh’ benjamin hoff


turn to stone ingrid michaelson