Tagarchief: gezondheid

Het regent zonnestralen…

Uit de luidsprekers klinkt ‘En het regent zonnestralen… nu rustig ademhalen’. Ik ben bij de optometrist in verband met oogmigraine en leesproblemen. Nadat ik daar een jaar geleden last van begon te krijgen,  zit ik nu met een beeldschermbril te werken achter de pc. Daarnaast heb ik f.lux geïnstalleerd, een programmaatje waarmee je de lichtintensiteit kunt verminderen. De optometrist vraagt hoe vaak ik last heb van oogmigraine. Ze vindt het veel te vaak en wil een uitgebreid onderzoek doen. Ook informeert ze of er oogproblemen in de familie voorkomen. Ik  herinner me dat mijn moeder vele jaren geleden naar het Oogziekenhuis in Rotterdam kwam voor laserbehandelingen. Elke keer als ze daar geweest waren – mijn vader ging altijd mee – kwamen ze nog even langs om thee te drinken. Ik woonde toen – in een leuk huis met lieve vriend – tegenover het Oogziekenhuis. Ik kan me niet meer herinneren hoe die aandoening precies heette, wel herinner ik me haar donkere zonnebril en kwetsbare gestalte.

blog zonnebril

De optometrist druppelt een verdovend goedje in mijn ogen. Omdat mijn oogdruk te hoog is, meet ze tevens de dikte van het hoornvlies. Gelukkig is dat vrij dik waardoor de oogdrukwaarde toch goed blijkt te zijn. Ze legt uit dat je dit altijd in combinatie met elkaar moet beoordelen, omdat het anders niets zegt. Ik heb ook vaatverwijdende druppels gekregen, zodat ze goed kan zien hoe het verder met m’n ogen gesteld is. Ze tuurt in beide ogen, pakt dan een andere lamp en weer een ander apparaat erbij… mijn ogen hebben nog nooit zoveel aandacht gehad. Opeens hoor ik haar zeggen, ‘daar zit een bloedinkje… en daar ook… en daar zie ik een schittering…’ Ik krijg het ter plekke benauwd. Ogen zijn zo teer, zo fragiel, ik vind het veel enger dan bijvoorbeeld iets aan je arm of been hebben. Ik kijk haar verdwaasd aan. Ze laat me de kleine bloeding zien op de foto en drukt me op het hart om binnen twee, drie weken een afspraak met de oogarts te maken in Tilburg en zsm bloed te laten prikken. Beduusd loop ik met de fiets aan de hand weer naar huis.
Marjelle

Foto Pixabay

Als ik kon toveren…

Bijna een maand is het nu doodstil op m’n blog. Geen verhalen, geen overpeinzingen of foto’s. De afgelopen periode is er een van vallen en veel opstaan. De eerste woorden die in me opkomen zijn: pijn, dokters, deken tegen de kou, huizenjacht en oogmigraine. Dat laatste is een nieuw fenomeen dat z’n intrede heeft gedaan. M’n ogen – die ik zo hard nodig heb om de wereld te bezien en m’n freelance werk te doen – zijn overgevoelig geworden voor licht en schitteringen. Met name beeldschermwerken levert veel problemen op. Zo’n migraineaanval gaat gepaard met lichtflitsen, duizeligheid, misselijkheid en soms ook hoofdpijn. De eerste keer dat het beeld van de pc begon te golven en ik bewegende caleidoscopische figuren zag, was dan ook best angstaanjagend. Ik zwabberde door het huis, zocht onderweg af en toe steun tegen een muur en had geen flauw idee wat er aan de hand was. ‘Rustig blijven’, mantra-de ik. Ik heb al zoveel overleefd, dacht ik erachteraan.

Toverstokje

Aan de ene kant wilde ik niets liever dan alles opschrijven. ‘Het moet eruit’. Aan de andere kant verstarde ik bij het idee om erover uit te weiden. De benarde situatie waarin ik al een hele tijd zit, wordt er niet beter op ondanks al mijn inspanningen en wie zit er nou te wachten op verhalen daarover. Mensen willen success stories horen. Ze willen dat hun geloof in de maakbaarheid van de wereld intact blijft en papegaaien elkaar zonder enige kennis van zaken na: ‘Alles komt goed.’ Het is dan ook geen toeval dat termen als ‘toverstokje’ en ‘lucky break’ steeds vaker opduiken in m’n berichten en gesprekken. Ik zit dus in een bizarre spagaat. Uit deze ongezonde leefomgeving wegkomen lukt (nog) niet, omdat ik een weinigverdienende freelancer ben, die slechte woonsituatie heeft weer negatieve effecten op m’n gezondheid, wat weer zijn weerslag heeft op m’n inkomen et cetera. De cirkel is vicieus, je spreekt het bijna uit als vicious. 😉 Een parttime baan of een ander huis, één van beide kan al een wereld van verschil maken. Voor mij & mijn gezondheid.
Marjelle

Onder de pannen?

Nadat er een uitnodiging voor een groepsbezichtiging in m’n mailbox plofte –  het gaat om een nieuwbouwflat – besloot ik vanmiddag de buurt te verkennen. Sinds ik anderhalf jaar geleden door omstandigheden op een primitieve etage ben beland met gebrekkige verwarming en dito sanitair, droom ik van een huisje waar ik níet de koude wintermaanden onder een deken hoef te bivakkeren. Ik verlang naar iets wat ik na al die jaren van burenoverlast eindelijk mijn thuis kan noemen, de veilige basis die ik zo gemist heb. Ondanks het feit dat ik als slechtverdienende freelancer weinig kans maak op welk ander huis of stulpje dan ook, probeer ik de hoop en de moed niet op te geven. Nog niet…

Beer

De zon straalt en geeft de herfstbladeren een gouden randje. Het is koud, maar de blauwe lucht maakt veel goed. Ik ben benieuwd naar de flat die ik volgende week ga bekijken samen met een aantal andere kandidaten. Ik sta momenteel op nummer 3. Theoretisch lijkt er dus een kansje in te zitten, al vrees ik dat mijn afwijkende financiële situatie roet in het eten zal gooien zoals al zo vaak gebeurd is. Een schier eindeloze vicieuze cirkel… Inmiddels heb ik ook chronisch geïrriteerde slijmvliezen en is mijn gezondheid een stuk slechter sinds ik hier woon. Ik schud even alle nare gedachten van me af en concentreer me op de omgeving, museum de Pont komt voorbij, ik zie onderwijshotel de Rooi Pannen in de verte liggen.

Eerst sta ik voor de verkeerde flat – ik vond ‘m er al een beetje achenebbisj uitzien – ten slotte kom ik bij het goede flatgebouw aan. Er hangt een rustige, relaxte sfeer, de flat zelf ziet er mooi uit. Ik spreek een man aan op de parkeerplaats – hij woont er, is lovend en kan geen enkel minpuntje bedenken. Ook de ras-Tilburger bij het winkelcentrum is positief over de buurt. Ik besluit even een kop thee te gaan drinken in het onderwijshotel, waar jongens en meisjes in strakke zwarte pakken heel erg hun best doen. Ik blader afwezig door de Volkskrant en denk terug aan de flat. Ja, ik zou er graag willen wonen, besef ik. Het zou me zoveel stimulans geven en m’n gezondheid een boost. Zou er dan eindelijk die lucky break komen waar ik al zo lang op wacht?
Marjelle

Foto Witold Riedel

Een boek!

Afgelopen dagen heb ik heel weinig achter de pc gezeten. Gisteren kon ik zelfs de minuten tellen op de vingers van één hand. Een vreemde gewaarwording om van het ene moment op het andere af te kicken. Niet meer mailen, facebooken, tweeten, niet meer gedachtenloos klikker-de-klikken op een keur aan open vensters tussen alle dagelijkse dingen door.  Door een aantal redenen was ik opeens pc-loos. In eerste instantie kreeg ik m’n computer niet meer aan. Wat ik ook deed, de ene keer bleef het knopje steken – het frontje zit niet goed –  de andere keer gaf de computer gewoonweg geen krimp. Hij vond een kamertemperatuur van 13 ° C te koud, denk ik. Daarom had ik ‘m dan ook al tijden dag en nacht aan staan, wat steeds meer protest oplevert in de vorm van toenemend gereutel.
blog 300In tweede instantie, toen de pc dan toch eindelijk acte de présence gaf na een aantal uur, begon het te draaien voor m’n ogen terwijl ik op het beeldscherm zat te turen. Dit was de tweede keer in een paar weken tijd, maar nu erger. Niet alleen kreeg ik vlekken voor m’n ogen en werd ik duizelig en misselijk, deze keer zag ik ook flikkeringen. De zinnen op de monitor sprongen op en neer en toen ik naar de keuken wegvluchtte deinden de flikkerende lichtstootjes met me mee. Best een enge gewaarwording als je alleen thuis bent. Ik sprak mezelf moed in en hield me rustig. Zsm de opticien bellen, nam ik me voor. Inmiddels staat de afspraak gepland voor morgen. Ik ben zeer benieuwd of een aangepaste beeldschermbril met Blue Control-coating m’n ogen weer helemaal in het gareel krijgt.

Die middag stonden m’n bammetje met kaas, jus d’orange en beker rooibosthee er een beetje verloren bij. Ik lunch meestal met de online Volkskrant. Een boek!, dacht ik, ik ga een boek lezen. Lang geleden dat ik daar echt voor ben gaan zitten. Na mijn studietijd boordevol empirische en filosofische geschriften, vaak ook in het Duits, ben ik van een hongerige veellezer veranderd in een kortestukjeslezer. Ik pakte vastberaden ‘A prologue to love’ van Taylor Caldwell uit de kast, een van m’n favoriete boeken, op de voet gevolgd door ‘A word child’ van Iris Murdoch. Het boek is beduimeld, de kaft hangt los, ik heb het zo’n vijf tot tien keer gelezen. Een ontroerend verhaal, intens verdrietig, aangrijpend – over  eenzaamheid, wanhoop en liefde. Gisteravond toen ik de laatste bladzijde omsloeg besefte ik dat ik in deze fase van m’n leven de essentie van het boek meer voelde dan ooit.
Marjelle

Foto Pixabay

Cold as ice

Volgens de thermometer van de benedenbuurman is het nu na uren stoken 19 ºC, een unicum, normaliter blijft de temperatuur steken op zo’n 17-18 ºC. De ‘gevoelstemperatuur’ – een weermannenwoord net als spetters en spatje regen – ligt vandaag op 15 ºC. Met name m’n voeten hunkeren naar een extra paar sokken. De laatste weken loop ik nog net niet rond als een Michelinmannetje, hoewel je met twee laagjes T-shirt, een dikke trui met daaroverheen een vest ook niet echt slank oogt. De afgelopen maand was er één van kleumen, ziek worden, proberen te werken en kamperen in dit oude, tochtige huisje grotendeels zonder verwarming. Alleen in de living annex werkkamer hangen twee stroomvreters die hete lucht produceren als substituut voor echte warmte, iets waar ook m’n keel en slijmvliezen niet blij mee zijn. Recent is er een infrarood verwarmingspaneel bijgekomen, hij staat op wankele pootjes en moet nog opgehangen worden.


Momenteel sjouw ik het paneel
een paar keer per dag van de ene kamer naar de andere. ’s Avonds zit ik er pal naast, dan is één kant van m’n gezicht warm en de andere kant niet, maar een kniesoor die daar op let. Sinds ik in dit huis in Tilburg woon heb ik extreme kou en hitte meegemaakt. In de zomer transformeert de zolder in een oven, de zon brandt meedogenloos vanaf ’s ochtends vroeg ondanks het dichtgeplakte raam. In de winter waan je je in een vrieskist, maar dan kun je diep wegkruipen onder de combi dekbed1-deken-dekbed2. Als ik deze zomer nog hier woon – en die kans is groot –  dan zit er niets anders op dan een bed kopen en in de woonkamer gaan bivakkeren. Of verhuizen. Al is drie keer in anderhalf jaar ook voor mij haast een brug te ver. Bovendien wil geen enkele makelaar met me in zee. Als herstartende freelancer ben je vogelvrij*.
Marjelle

* Als ik een vaste baan had gehad was alle ellende van de afgelopen zeven jaar me bespaard gebleven

Foto Witold Riedel

De waarheid liegt niet


Klik op de foto voor een groter formaat

Een van de redenen waarom ik minder blog nee dat ga ik niet uitleggen ik ben baas in eigen blog en mag met de deur in huis vallen en zo is het Maar elk onderwerp dat in me opkomt pijn geld zien te verdienen, klanten werven overleven de kou in huis en demons from the past maar vooral die pijn duw ik weer weg. Sommige verhalen zijn te ja, wat eigenlijk persoonlijk kwetsbaar of klinken misschien als een slechte episode uit een B-film kun je nagaan hoe slecht Ik zat laatst aan een dialoogtafel met onbekenden, soep en broodjes. Het thema was ‘Toevallige ontmoetingen’ en iedereen had een verhaal met een mooi eind. Ik pijnigde m’n hersens maar kon nergens zo’n mooie toevalstreffer vinden, wel kwam een bepaalde ontmoeting in me op met een lesbische taxichauffeuse die mij lang geleden ergens in Frankrijk in the middle of nowhere  afzette voor een verlaten huis mijn brief was nooit aangekomen Die nacht bevatte alle elementen van een horror story agressieve hond ramen zonder gordijnen bevroren brood onweersflitsen en donderslagen en een telefoon die uit viel Weet je wat, dacht ik, ik vertel dat verhaal wel. Tot mijn verbazing vond iedereen het hilarisch enige humor is mij niet vreemd en o zo avontuurlijk. Ik dacht aan al die andere gebeurtenissen en hield m’n lippen op elkaar.
De waarheid liegt niet en misschien zet ik ooit op papier wat ik daarmee bedoel voor ik doodga Het moet eruit over familie, onrecht, laster, verdriet
Marjelle

Zes maanden later

Een half jaar geleden ben ik op stel en sprong verhuisd vanuit Rotterdam naar het voor mij nog tamelijk onbekende Tilburg. De situatie was zo acuut door aanhoudende burenoverlast en vijandigheid dat ik die sprong in het diepe heb genomen in een ultieme poging om de negatieve spiraal te doorbreken. Als freelancer was het bijna onmogelijk om een makelaar te vinden die met mij in zee wilde, dus bleven er voornamelijk kneusjes over – huizen waar van alles aan mankeerde in de verkeerde wijken. Aangezien blijven geen optie was moest ik zsm andere woonruimte zien te vinden. Hoe traumatisch die periode is geweest, besefte ik nog meer na de verhuizing. Zelfs tot op de dag van vandaag krijg ik een naar gevoel als ik het oude adres voorbij zie komen. Het is een periode waar ik het liefst zo min mogelijk aan terugdenk. Op een gegeven moment durfde ik zelfs de deur nauwelijks meer uit nadat ik een keer bijna aangevallen was door een hysterische buurvrouw.

Klik op de foto voor een groter formaat*

Inmiddels woon ik zes maanden in Tilburg. Het liefste zou ik nu een himmelhoch jauchend-verhaal vertellen in de sfeer van ‘en ze leefde nog lang en gelukkig’. Helaas verlopen de dingen in werkelijkheid soms heel anders dan in je dromen. Twee dagen na de verhuizing werd ik ziek – een zware griep die naar later zou blijken m’n hele immuunsysteem zodanig had aangetast dat ik zelfs na al die maanden nu nog steeds griepsymptomen heb en ondertussen een aantal hardnekkige infecties heb opgelopen. In diezelfde periode ging ik ook finaal door m’n rug en kreeg ik last van oorsuizen en hyperacusis. Iets wat je je ergste vijanden niet toewenst. Vanaf het begin had ik het gevoel dat al die dingen die maar niet over wilden gaan weleens deels met het huis te maken zouden kunnen hebben. Een tochtig huis met enkele ramen en oude gasgeiser, dat alleen beneden wordt verwarmd door twee elektrische kacheltjes die stroom slurpen.

Boven een ongeïsoleerde slaapzolder die in de zomer in een onleefbare oven verandert en mij afgelopen maanden zoveel slapeloze nachten heeft bezorgd dat ik oververmoeid raakte. Bezoeken aan huisarts, fytotherapeut en extra ondersteunende middelen en kuren ten spijt, het is dweilen met de kraan open als je weerstand telkens weer ondermijnd wordt. Het oorsuizen is iets minder hard geworden, maar nog steeds elke dag aanwezig. Volgens de fytotherapeut is de buis van Eustachius opgezwollen en komt het daardoor. Inmiddels weet ik dat er zich ook een zendmast in de nabije omgeving bevindt. Bovendien is het huis vergeven van de stopcontacten, tot in de wc aan toe. Dat alle gezondheidsproblemen een negatief effect gehad hebben op mijn Brabantse  inburgering en geld verdienen, is dan ook niet verbazingwekkend. Nieuwe mensen leren kennen en nieuwe opdrachtgevers vinden, dat stond boven aan m’n lijstje, maar als je meteen al afspraken moet afzeggen wegens ziekte of moet uitleggen dat je door hyperacusis niet naar bepaalde evenementen kunt wordt dat door de meeste mensen niet gewaardeerd.
Marjelle

* Beeld Stephan Balkenhol (Kasteel Bouvigne, Breda)

Weerloos hapje

Het is nu vier maanden geleden dat ik vanuit Rotterdam naar Tilburg verhuisde, een periode waarin griep met een G hoogtij vierde en allerlei complicaties optraden. Gezond ben ik geen dag meer geweest na twee verhuizingen in een half jaar tijd waar vijf jaar van structurele geluidsoverlast aan voorafging. Recent hoorde ik dat ik een ‘dijk van een blaasontsteking’ heb en een immuunsysteem dat volledig plat ligt. Tja, vertel mij wat. Als er alleen al iemand niest in mijn  omgeving word ik onmiddellijk bestookt door agressieve bacillen en bacteriën die wel zin hebben in zo’n lekker weerloos hapje. Ook oorsuizen en hyperacusis, die een paar weken na de verhuizing m’n leven danig op z’n kop zetten, zijn nooit meer weggeweest. Al heb ik wel onlangs een week van relatieve rust meegemaakt. Sinds kort zit ik aan de blaasdruppels en weerstandverhogende middelen. Je zou bijna naar de geestverruimende grijpen, maar er moet ook freelance gewerkt worden. Het is een heel lastige markt, waarvan m’n slinkende banksaldo het ultieme bewijs vormt.


Klik op de foto voor een groter formaat

Ondanks alles probeer ik de afgelopen maanden de hoop op verbetering van met name oorsuizen en hyperacusis niet op te geven. ‘Ik wil gezond worden’, mantra ik af en toe. Vanuit de huisartsenhoek hoef je geen hulp te verwachten en KNO-artsen kijken vooral naar één ding in plaats van naar de hele mens, de goede niet te na gesproken. Alleen in een vreemde stad overvalt me soms een Rémi-gevoel. Mensen ken ik hier nog nauwelijks, omdat ik vooral aan het overleven ben en m’n inburgering op een laag pitje heb moeten zetten. Elke nacht prop ik een kussen tegen m’n oor en lig te woelen tot ik in slaap val. Hoe meer ‘lawaai’ ik zelf maak hoe minder ik het suizen en het geruis buiten hoor. Volgens m’n therapeut is ook de buis van Eustachius verstopt. Je kunt dat eenvoudig controleren met de Valsalva-methode. Soms als ik ’s avonds doodmoe op de bank zit, met pijnlijke spieren, suizende oren, de auto’s voorbij hoor razen en er niemand is die een arm om me heen slaat, vraag ik me af hoelang ik dit nog volhou. Ik ben het vechten beu. Het duurt al veel te lang.
Marjelle

Twee maanden later…

Inmiddels woon ik sinds februari in Tilburg maar nog steeds kan ik de balans niet opmaken. Het grootste deel van de tijd lag ik in de lappenmand of was bezig me eruit te worstelen. De griep, de meest hardnekkige die ik ooit heb gehad, heeft z’n sporen achtergelaten. Zelfs nu, twee maanden later, ben ik nog steeds verkouden, heb af en toe keelpijn en ben abnormaal moe. Maar dat alles is peanuts vergeleken met het oorsuizen en de hyperacusis waar ik sindsdien last van heb gekregen. Niet alleen suizen m’n oren voortdurend, ook de gewone geluiden klinken veel harder. Een deur die normaal dichtgaat klinkt als een slaande deur, een huis-, tuin- en keukenauto die langsrijdt lijkt het aantal decibellen van een racewagen te produceren. Vooral lage tonen krijgen een extra dreun-, zoem- of bromdimensie. In het begin, toen ik nog niet wist wat er aan de hand was, viel het me op dat mijn wasmachine na de verhuizing opeens extreem veel lawaai maakte. Was er toch iets misgegaan onderweg?

beerdonzigvoorbeeldengelen

Het apparaat maakte zo’n kabaal dat ik ‘m eigenhandig in bedwang moest houden. Inmiddels is duidelijk dat het lawaai – alsof er een helikopter opstijgt – niet uit de machine zelf komt. Na bezoeken aan de huisarts, uitgebreid bloedonderzoek waar onder andere een groot vitamine d-tekort uit kwam en heel veel lezen erover weet ik dat het een aandoening is die vaak voorkomt. Het kan veel verschillende oorzaken hebben en is afhankelijk daarvan erg lastig of niet te behandelen volgens de medische wereld, die er zoals ik uit eigen ervaring weet wel vaker finaal naast zit. Recent heb ik contact gehad met de fytoloog die ik al heel lang ken en waar ik veel vertrouwen in heb. Hij zei een aantal zinnige dingen, gaf een paar adviezen en vertelde dat het een nasleep was van de hardnekkige griep en dat het goed zou komen. Daar hou ik me nu maar aan vast en dat geeft me weer een beetje moed. Ik ben vanmiddag zelfs nog naar een schrijversborrel geweest, al was dat een flitsbezoek, veel te rumoerig. ‘Ik heb het in ieder geval geprobeerd’, dacht ik toen ik terugliep over de Heuvelrug.
Marjelle

Belgen verlossen Utrechtse dj na jaren van slopend oorsuizen AD/Utrechts Nieuwsblad 14-03-2014

Foto Witold Riedel

Enkele reis Rotterdam-Tilburg

Nadat ik jarenlang in Rotterdam heb gewoond, stad van mijn hart, werd ik door aanhoudende burenoverlast weer gedwongen te verhuizen. Aangezien er bij elke woningbezichtiging in Rotterdam minstens tien wachtenden voor me stonden te trappelen en het als freelancer sowieso erg moeilijk is om aan een ander huis te komen, trok ik na verloop van tijd een steeds grotere cirkel om de stad heen. Den Haag, Dordrecht… steeds verder dwaalde ik af. Zelfs Tilburg, waar ik in een grijs verleden ooit een paar jaar op school heb gezeten en in een dorp vlakbij woonde, kwam opeens in die cirkel terecht. Via een advertentie op Marktplaats was ik in contact gekomen met de eigenaar van een oud uitgewoond bovenhuisje en vanaf dat moment ging alles in een stroomversnelling. Sinds februari word ik nu wakker in het Brabantse land.

Grotto, De Oude Warande, Tilburg (foto Callum Morton)

Helaas kreeg ik vlak na de verhuizing griep, ging vervolgens door m’n rug en kreeg daar bovenop nog een virusinfectie, daardoor zijn veel dingen de afgelopen periode aan me voorbijgegaan. Om sommige ben ik niet rouwig, zoals carnaval waar ik grotendeels doorheen geslapen ben, van andere dingen zoals stad en natuur ontdekken, hoognodig nieuwe klanten werven en leuke mensen leren kennen, vind ik het erg jammer dat er nog zo weinig van terechtgekomen is. Al mis ik Rotterdam nu al, ik probeer Tilburg wel een reële kans te geven. Vanaf dag 1 kom ik grote en kleine verschillen tegen, de ene keer slaat de balans door naar Rotterdam en de andere keer naar Tilburg. Wat me het eerste opviel was dat de vriendelijkheid die ik ook in Rotterdam ben tegengekomen hier meer een gemoedelijk accent heeft, het leven wordt minder gehaast geleefd en dat is fijn. Een ander verschil is dat er geen Brabantse variant van de Rotterdampas bestaat.

Prachtige uitvinding, voor maximaal 60 euro kan iedere Rotterdammer het hele jaar gratis aan allerlei activiteiten meedoen en op veel andere dingen krijg je korting. Vroeger was ik bijvoorbeeld met geen stok een museum in te slaan, maar door die pas ben ik musea zelfs een beetje leuk gaan vinden. Gewapend met camera banjerde ik dan ook regelmatig door Boijmans of de Kunsthal en zette ik een rondje kunst op de foto. Aangezien de toegang gratis is, wipte ik soms maar voor een halfuurtje naar binnen. Een derde verschil heeft te maken met vuilnis ophalen. Op de eerste donderdag na de verhuizing dreunde ik mijn bed uit. Later bleek dat de minicontainers stuk voor stuk werden leeggeschud terwijl de muziek er boven uit blèrde. Dus niet je vuilniszak met restafval in één grote ondergrondse container zoals in Rotterdam, hier heeft iedere woning twee grote kliko’s. Ben je net zo blij met je minilapje groen, wordt dat meteen al in beslag genomen door deze plastic joekels. Gelukkig heb ik daar op m’n dakterras-in-wording geen last van.
Marjelle

Rotterdamse vuilniswagens dragen al 25 jaar poëzie voor nrc.nl 02-12-2013