Zeist (2)
Wat is de herfst groen dit jaar en wat is het vandaag zonnig net nu ik op weg ben naar Driebergen-Zeist. Na vier uur slaap werd ik vanochtend midden in een nachtmerrie wakker met de beelden van m’n vader, zus en laatste ex nog op m’n netvlies. Ik heb me weleens uitgeruster gevoeld en als ik in de spiegel kijk wordt dat direct bevestigd. De reis verloopt voorspoedig en die paar minuten op Utrecht Centraal zijn net genoeg om in de volgende trein te stappen. Een blond jongetje met een roze kauwgumbel lacht tegen me, door het raam zie ik een wolk met een fonkelend goudrandje, maar ik ben helaas te laat met m’n camera. Bij aankomst op het station kijkt het zonnetje me zo vriendelijk aan dat ik besluit te lopen naar de Sophialaan.
na m’n afspraak beland ik uiteindelijk bij het kasteel, ik slenter door de slotlaan en zie opeens een wit bruidje en zenuwachtige bruidegom verscholen in het herfstgroen, ze poseren breedglimlachend voor de fotograaf en kijken mij en m’n camera met een schuin oog aan. heel even moet ik me bedwingen om geen foto’s te maken, maar het is hún dag, die ga ik niet verstoren. ik loop verder, wandel door de openslaande deuren naar binnen en kom in een bargedeelte terecht waar de open haard al lekker brandt. misschien plof ik straks wel met een glas wijn neer in zo’n mollige leren fauteuil waar heel andere muziek bijhoort dan wat er nu uit de luidsprekers sijpelt.
Het knapperige brood wordt geserveerd met schattige kleine schijfjes tomaat en komkommer, geflankeerd door wat plukjes sla gedoopt in olijfolie. Precies goed, ook een kasteel voelt zich niet te groot voor een eenvoudig stokbroodje-met, iedereen is verder opvallend vriendelijk hier. Inmiddels stromen de familie en vrienden van het bruidspaar binnen, het doet me denken aan die keer lang geleden dat m’n vader* z’n verjaardag vierde in een ander Bilderberghotel. Toen waren we nog een gezin, al hing dat wel met losse touwtjes aan elkaar, het zou zijn laatste keer zijn. Even daarvoor was hij beter verklaard, maar hij wist dat dat niet klopte en kort daarna bleek dat hij maagkanker had. Die avond zag ik in z’n ogen dat hij het opgegeven had. Drie maanden later was hij dood.
Marjelle
Farewell Apocalyptica
* ‘Hij is nooit aan mij toegekomen en ik nooit aan hem’
Uit: De zinloosheid van Noach Sjaal