Een aantal jaar geleden kwam ik door omstandigheden opeens in Tilburg terecht. Stad waar ik ooit een blauwe maandag op school zat. Met pijn in mijn hart liet ik Rotterdam achter. Ik herinner me nog goed hoe ik een van de eerste dagen door de Piushaven doolde. Een muisgrijze sfeer, vrijwel geen mens op straat. Ik was een klein, onbetekenend stipje in een vreemde stad die in niets op Rotterdam leek. Ik dacht terug aan de schuimende watertaxi’s, de imposante schepen op de Maas, de Kralingse Plas en het dito Bos, het Museumpark, Trompenburg Tuinen, hotel New York, de Euromast. (En nog veel meer.)
Inmiddels is het vijf jaar later. Tilburg heeft zich van zijn beste kant laten zien. Altijd druk in de weer, plannen maken, nieuwe dingen uitproberen. The sky is the limit. Horecatentjes schieten her en der als paddenstoelen uit de grond, wegwerkzaamheden en opbrekingen zijn aan de orde van de dag (dat dan weer wel). Het station wordt op de schop genomen; opeens kun je weer dóór het kroepoekdak heen kijken. Kortom, Tilburg zit bepaald niet stil. De Piushaven is steeds levendiger en aantrekkelijker geworden. Sinds kort is er ook een heus handbediend pontje, De Ferry. Vanaf het dakterras van RAK heb je een prachtig uitzicht over de haven. Alleen jammer van de Love Boat, dat blijft een vreemde eend in het water.
Wat is er allemaal veranderd? Er is een gloednieuw busstation, de immense LocHal staat er nog maar net en heeft al een paar prijzen in de wacht gesleept. Dan heb je de Spoorzone met onder andere het gezellige RAW, en Station88, een waar walhalla voor ondernemers, waar je ook gratis workshops kunt volgen. Het enthousiasme spat ervan af bij Hostel Roots, dat onlangs is uitgebreid met een Tiny House waar ik eerst stiekem een beetje verliefd op was. Elke keer als ik langsfietste, dacht ik: wat zou dit een leuke werkplek zijn. Verder is er nog Vittorio die een bijzondere ontmoetingsplek heeft gecreëerd bij de draaibrug van de Piushaven waar iedereen altijd welkom is.
Last but not least is in juni het Spoorpark geopend, bedacht en ontworpen door Tilburgers. Groots opgezet, met aandacht voor jong & oud. Op een terrein van twintig voetbalvelden groot vind je onder andere zonneweiden, sport- en speelplekken, een vijver, camping, skatebaan, waterplein en T-Huis. Behalve schaduwrijke bomen mis ik nog wel een beetje het échte parkgevoel. Het gras moet nog veel groener worden en alles wat groeit en bloeit heeft een flinke dot pokon nodig. Alles bij elkaar is het zeker een aanwinst. Ten slotte ben ik benieuwd naar het reuzedoolhof Doloris en de rooftopbar met uitzicht op de skyline van Tilburg. Doloris sla ik over in verband met claustrofobie – dat is toch echt een brug te ver – maar die bar zie ik helemaal zitten.
En Rotterdam? De stad zit nog steeds in mijn hart.
Op een dag ga ik terug – maar niemand weet wanneer.
Marjelle