Het is vreselijk benauwd in Delfshaven, ik heb ook iets te hard gefietst in deze tropische temperaturen en het zweet gutst van m’n voorhoofd. Hoogste tijd om een tussenstop te maken. Op het terras waar ik beland waan ik me even in Rusland, bijna iedereen spreekt een onverstaanbaar mengelmoes en er hangt ook niet echt een uitnodigende sfeer. Als dit tot me doordringt zit ik al en wie A zegt, moet… Dat doet me denken aan een aantal keren in de trein dat ik uitgerekend tegenover de in mijn ogen ‘engste’ persoon ga zitten omdat ik niet wil discrimineren, wat ik in feite dus toch doe, zij het andersom.
op het moment dat je aan de hitte begint te wennen is het alweer bijna voorbij, denk ik. laatst hoorde ik e. zeggen, ‘binnenkort is het herfst’, de koude rillingen liepen over m’n rug. ik ben in m’n hart een lente- en zomervrouw en wil niets weten van herfst- en winterverhalen.
dit stukje delfshaven is mooi, ook al mist het voor mijn gevoel iets. in de paar zijstraten waar ik doorheenfietste hing een heel andere sfeer. modern en oud op een kluitje, huizen en mensen, zwerfvuil; de straten zien er net zo moe uit als de bewoners (nu is het ook wel erg warm).
het plan was om nog door te gaan naar het museumpark annex kunsthal, maar onderweg herinnerde ik me dat het café om vijf uur dicht gaat. al leer ik mijn nieuwe-oude stad steeds beter kennen – toen e. en ik gisteren bij soif zaten noemde ik met nauw verholen trots de route waar ik langsgefietst was en het klopte voor het eerst helemaal – in dit geval zag ik de weg van delfshaven naar museumpark ook niet helder voor me.
m’n blik valt op de wapperende waslijn op een van de boten vlakbij, achter de kleurige kledingstukken ontcijfer ik ‘negotii vim qui velit navem sibi comparato’.*
ik neem een laatste slok cola light en besluit de rekening te vragen.
marjelle
they don’t really care about us michael jackson
*‘Die veel werks over den hals wil halen, bestelt zich een schip’