Tagarchief: T4

Witte jassen…

Afgelopen maandag had ik m’n eerste afspraak met de endocrinoloog, in dit geval een -loge. Ik fietste langs onze oude flat, het leukste huis waar ik ooit heb gewoond. Het had ‘iets’ en heeft zelfs bijna een rol gespeeld in een Nederlandse film. ‘Dag huis!’ zwaaide ik en trapte door naar de ziekenhuisingang waar een ambulance en dito mannen voor de deur stonden te wachten op hun volgende slachtoffer. Ondertussen liepen mensen met donkere zonnebrillen en dikke verbanden in en uit. Ik haalde even diep adem en stapte vervolgens de drempel over. Zo’n wittejassenomgeving is niets voor mij, ik heb een hekel aan de steriele sfeer die er hangt, aan het gevoel van compleet overgeleverd te zijn aan wildvreemden in het besef van de nietigheid en breekbaarheid van je bestaan.

De enige operatie die ik heb meegemaakt was die keer dat m’n amandelen geknipt moesten worden, ik herinner me de zachte smaak van ijs en het je klein voelen in een groot bed. Ook de herinnering aan m’n vader in z’n ziekenhuisbed komt naar boven, hij was toen een schim van wat hij ooit geweest was. Ik weet nog goed dat een verpleger hem probeerde over te halen om zich te laten scheren, terwijl elke aanraking pijn deed en de dood al in zijn ogen stond. ‘Want dan zien we er veel beter uit’, grijnslachte de jongen. M’n vader sputterde tegen en ik viel hem onmiddellijk bij. Die dag werd er niet geschoren.

Maar ik dwaal af. Eenmaal in de wachtkamer aangekomen zat een aantal mensen tamelijk suf voor zich uit te staren, allengs bleek dat zelfs om kwart over elf afspraken al uitliepen. Ik vroeg me hardop af hoelang degenen dan wel niet moesten wachten die bijvoorbeeld pas eind van de middag een afspraak hadden. De gelaten gezichten en witte ziekenhuisgangen beklemden me, even moest ik de neiging bedwingen om op te staan en nooit meer terug te komen, in plaats daarvan zei ik tegen het baliemeisje ‘ik ga even theedrinken’. Een half uur later was ik aan de beurt, het gesprek en onderzoek verliepen vlot, toen ik alweer buiten stond bedacht ik wat ik allemaal nog had willen vragen, maar ze was in ieder geval wel vriendelijk, dat scheelt.
Marjelle

My Home Ghost Husky Rescue

‘Jij hebt écht je huiswerk gedaan!’

In de wachtkamer zitten drie mensen zwijgend voor zich uit te staren, ik strooi groeten rond en schuif aan op de bank. Opnieuw bestudeer ik het A4’tje met bloeduitslagen en maak nog een paar aantekeningen. Na ruim twintig minuten wachten ben ik aan de beurt. Ik schud de uitgestoken hand, vriendelijke man, blauwe ogen, maar m’n vertrouwen in hem heeft een deuk gekregen door een aantal dingen. ‘Hoe gaat het?’, informeert hij. ‘Niet goed’, antwoord ik, ‘helemaal niet goed’. Ditmaal glimlach ik er niet ietwat verontschuldigend bij zoals ik anders wel vaker doe. Ik vertel hem over de afgelopen periode, de vermoeidheid die toesloeg, extra vatbaar zijn voor infecties, nekpijn en stem- en slikproblemen. Juist die dag heeft m’n stem er helemaal geen zin in, hij is een schim van wat-ie was, hees doe ik m’n verhaal.

TSH- en T4-waarden vliegen over tafel, ik vraag om welke vorm van hypothyreoïdie het gaat: primaire, secundaire of tertiaire en of het zin heeft extra jodium te slikken in de vorm van kelptabletten bijvoorbeeld. We praten over de schildklierwerking en -problemen, ik vul af en toe aan. ‘Je weet er meer van dan ik’, zegt hij lachend, ‘jij hebt écht  je huiswerk gedaan!’ ‘Als ik iets doe, dan wil ik het altijd goed doen’, grinnik ik. Wanneer hij even later niet meteen op het woord voor hormoonspecialist kan komen, fluister ik ‘endocrinoloog’. Weer moet hij lachen, schuift z’n receptenboekje naar me toe, ‘ga je gang, wil jij het schrijven?’ Vervolgens raadt hij een specialist aan in het Sint Franciscus Gasthuis, aangezien degene in het Havenziekenhuis wat voor mij veel dichterbij is nogal pinnig is.

‘Dan ga ik liever naar die eerste’, zeg ik. ‘Die andere is te schools, ouderwets en strikt voor jou’, beaamt hij. We glimlachen. Op dat moment besef ik dat ik hem misschien toch het beste als huisarts kan houden, hij geeft me in ieder geval de ruimte en dat is ook veel waard. Tot slot beklopt en beluistert hij m’n longen nog even, hoort iets wat hem niet bevalt en stelt voor om volgende week een longfunctietest te doen. ‘Ik ben een wrak!’ zeg ik met veel zelfspot, ‘gelukkig ben ik m’n gevoel voor humor nog niet kwijt, als ik dat niet meer heb dan houdt het echt op’. Eenmaal buiten stap ik op de fiets, rij naar de bieb toe waar ik midden in een Loesje-tentoonstelling beland, loop door naar café dikT., bijt even later in een baguette met kaas terwijl ik het cholesterolvoedingsadvies doorneem en besluit voorlopig roomboter en 48+-kaas van m’n boodschappenlijstje te schrappen en een vleugje Jozozout eraan toe te voegen.
Marjelle

Bring it on Nick Cave

Wat een klier!

Vanmiddag moet ik voor een tweede scan naar Delft, ik ben benieuwd wat er deze keer uitkomt, m’n nek en schouders laten steeds vaker merken dat ze niet zo gediend zijn van de behandelingen. Het kan soms raar lopen, het ene moment race je nog door Rotterdam en probeer je op alle fronten een nieuw leven op te bouwen na verhuizing, verlies van relatie, werk en liefste vriend ooit. Als daar na een tijd een beetje ’n stijgende lijn in lijkt te zitten, val je doodleuk een paar keer van je fiets, pats-boem midden op straat. Voordat je het weet kom je vervolgens weer in een spiraal terecht waarbij je onder andere je arm niet meer goed kunt bewegen en er op de foto niets te zien is. Vervolgens word je maandenlang van het kastje naar de muur gestuurd door fysiotherapeut, osteopaat en ten slotte beland je bij de chiropractor.

‘Terwijl het met je arm beter gaat beginnen andere onderdelen te protesteren, ondertussen hoop je wel dat alle rekeningen vergoed worden, want inmiddels ben je zestien behandelingen verder ad 50,00 euro per keer. Je probeert je daar niet druk over te maken, want je portie stress krijg je door een aantal andere factoren al genoeg binnen en je worstelt vrolijk door als daarbovenop de vermoeidheid toeslaat, je stemproblemen verergeren en last but not least je longen bij het minste of geringste tegensputteren. Soms heb je het zo koud ondanks 21 graden, warme trui en vest dat je zin hebt om onder een dekbed weg te kruipen op de bank’. De afgelopen maanden probeert m’n lichaam dus uit alle macht duidelijk te maken dat het niet goed gaat, ben ik soms te moe om daar aandacht aan te schenken, de huisarts te ongeïnteresseerd, de mensen om me heen vooral met zichzelf bezig op een enkeling na.

Na een aantal bloedonderzoeken blijkt dat m’n schildklier steeds slechter functioneert, een groot deel van m’n klachten hangt daarmee samen, van zware vermoeidheid tot slikproblemen aan toe. De geijkte doktersremedie is zwaaien met een potje schildklierhormoon. Je moet het alleen je levenlang slikken en in bepaalde gevallen helpt het niet of weinig, maar dat vertellen ze er niet bij. Ik wil geen levothyroxine, ik wil op een natuurlijke manier m’n schildklier weer in balans krijgen. Na een aantal uur googlen begint het me te duizelen, wat is de beste aanpak, wie de beste therapeut… De een zweert bij acupunctuur, de ander zegt kelp en de volgende weer wat anders. Ik wil iemand met verstand, liefst van zaken, die echt wil dat ik beter word. ‘Je bent toe aan een verwenvakantie’, zei R. laatst, ik knikte. Maar ik zie ertegen op om dat zelf te regelen en ook daadwerkelijk te gaan, dacht ik erachteraan.
Marjelle

To be by your side Nick Cave

Foto’s Witold Riedel

Schildklierinfo: serieuze tips zijn meer dan welkom!