Tagarchief: patrick watson

‘Misschien heb ik iets voor je’

De afgelopen week staat in het teken van de 3PS Pijn Pijn en nog eens Pijn daartussendoor ga ik naar AH spreek af met een vriendin bij Taste fotografeer mens en dier zit af en toe op een terrasje in de zon hang aan de lijn met gemeente belastingdienst water gas en licht kortom alle instanties die denken dat ik inmiddels op m’n nieuwe adres woon ‘nee’ zeg ik ‘dat was maar van korte duur het huurcontract is nietig verklaard‘ neem een Ibuprofen sleep samen met een kennis de spullen van het nieuwe huis weer terug naar het oude bel het ene ziekenhuis na het andere val ’s nachts doodmoe in slaap word ’s ochtends rond zes uur wakker met vreemde dromen in m’n hoofd en gloeiende pijnstoten in m’n kaak buurman gaat naar z’n werk klingkloing draai me weer om denk aan de kaakchirurg waar ik naar toe moet probeer uit alle macht niet aan de nachtmerrieman van vorige keer te denken oorverdovende pijn zeg tegen mezelf dat ik het nog even vol moet houden tot aan de ingreep tot aan de tweede ingreep tot aan de tandartsbehandeling tot erna ben zo moe m’n door buren verstoorde slaapritme heeft laatste rest weerstand de nek omgedraaid zet die gedachte snel uit m’n hoofd draai me weer om druk m’n gezicht in het warme kussen concentreer me op de pijn kijk op de wekker 07.00 uur pas andere buren staan op boemboink hoor de stem van de consulente in m’n oor fluisteren ‘misschien heb ik een ander huis voor je’ wil weer gezond zijn weg met de pijn weg met de buren in een leuk huis de sterren van de hemel drinken en klinken op de nacht.
Marjelle

Night Fall Patrick Watson

Klik op de foto voor groter formaat

Groentjes?

Klik op de foto voor meer groen

Sit down beside me Patrick Watson

‘Ik kan niks voor je doen’, zegt hij

Het zweet staat op m’n voorhoofd terwijl ik met de ene hand m’n mobieltje tegen m’n oor hou en met de andere m’n kaart in de gleuf van de pinautomaat probeer te steken. Ik kom net uit een ovenwarme taxi gerold en heb geen cash bij me. Soms gaat alles wat verkeerd kan gaan ook verkeerd, vandaag is zo’n dag. De ochtend breng ik nog zo zen mogelijk door, ‘mind over matter’ mantra ik terwijl m’n kies gloeiende pijnstootjes produceert. Al anderhalve week loop ik nu met een wortelontsteking rond. ’s Nachts word ik vaak wakker van de pijn en ’s ochtends houden de buren me regelmatig uit m’n slaap. Ik ben het zo zat allemaal. Vandaag zou ik naar een onbekende tandarts in Delft gaan die mij zou verlossen van de pijn, maar het liep anders.

Op station Blaak houdt de trein z’n deuren potdicht, niemand kan er meer in of uit. ‘Er zijn problemen met een reiziger’, zegt een NS-man. Uiteindelijk arriveren we daardoor veel te laat in Delft. Op het perron heerst chaos, het is volstrekt onduidelijk hoe je bij de hoofduitgang moet komen. Rotterdam CS is bijna overzichtelijk vergeleken met deze puinzooi. Een aantal voorbijgangers en extra zweetdruppels later beland ik bij een taxistandplaats. Het plan om te gaan lopen heb ik inmiddels door tijdsdruk opgegeven. Gehaast spring ik in de voorste taxi die vervolgens door Delft racet op zoek naar een pinautomaat. Ondertussen probeer ik de assistente aan de lijn te krijgen om door te geven dat ik later kom, maar ik hoor alleen een irritant muziekje.

Als ik na het pinnen de hevig piepende autogordel weer omgesp laat ik m’n mobieltje op de grond vallen. Hij rolt onder de stoel. ‘Bestemming bereikt’, zegt de TomTom, verhit stap ik de wachtkamer binnen. De kennismaking met de nieuwe tandarts verloopt niet optimaal, het gaat erg onpersoonlijk en snel. Nadat er een overzichtsfoto is gemaakt – ‘oorbellen moeten uit’, ‘weet u zeker dat u niet zwanger bent’ – krijg ik de uitslag te horen. Hij kan helemaal niks voor me doen, ik moet naar de kaakchirurg. Precies het worst case scenario waar ik bang voor was. Omdat er een pinopbouw in het ontstoken kanaal van het brugelement zit kan hij niet bij de wortel komen. De laatste keer dat ik zo’n apexresectie heb gehad herinner ik me als de dag van gister.

Het was een traumatische ervaring, mijn gezicht verborgen onder een wit laken met gapend gat, een vreselijke man die geïrriteerd over me heen gebogen stond en tegen mijn uitdrukkelijke wens in toch de behandeling uitvoerde in plaats van de kies te trekken. De napijn de weken erna was oorverdovend, zelden heb ik zoveel pijn gehad. Een paar dagen na kerst werd het opeens stil, m’n zenuw had het loodje gelegd, twee weken later moest de kies alsnog getrokken worden. Alles voor niks, tegen mijn wil. Maar dat was tóen. Ik hoop en bid – al ben ik niet gelovig, je zou het er bijna van worden – dat het deze keer wel goed afloopt, want anders stort deze brug als een kaartenhuis in elkaar. Over de terugweg heb ik vervolgens tweeëneenhalf uur gedaan, normaal zit je 17 minuten in de trein van Delft naar Blaak, deze keer reden er een hele tijd geen treinen meer en moest ik uiteindelijk via Den Haag en Gouda reizen. Er was iemand voor de trein gesprongen. Hoe wanhopig moet je dan zijn.
Marjelle

Foto Witold Riedel

Je te laisserai des mots Patrick Watson

Blotevoetenweer


Adventures in your own backyard Patrick Watson

Op z’n hondjes! (2)















dogs pink floyd



eerder verschenen in deze serie:
 dierenmanieren (1) – bij de beesten af!


The place to be

Afgelopen zondag

‘Wat een debielen toch hier allemaal, niemand zegt wat!’ roept de man achter me geïrriteerd, we staan in de rij voor koffie & thee. ‘Nou, dat debiele valt wel mee, hoor’, zeg ik, ‘ik wilde iemand voor laten gaan, maar die begreep het niet’. Hij mort nog wat, z’n vrouw doet alsof ze er niet bijhoort. Het is het type kortaangebonden man waar ik niet van hou. Voorzichtig manoeuvreer ik m’n dienblad door de ruimte en kies een tafeltje aan het raam. De thee in een soort van soepkom is inmiddels handwarm geworden en de kaas op de ciabatta smaakt bitterzoet net als de gedachte aan Scheveningen.

Daar had ik nu moeten zijn met I., lekker uitwaaien op een winters strand met schuimige golven om daarna weer warm te worden bij een van de vele vuurkorven die restaurant Columbus rijk is. Ik was er vandaag speciaal vroeger voor opgestaan en had me zelfs door de slechte wisselwerking met de NS niet laten weerhouden, daardoor moest ik via Gouda omreizen wat twee keer zo lang duurde. Soms heb ik zo’n behoefte aan natuur, aan onderweg en ergens anders zijn, dat ik er wel wat voor overheb. Maar toen vanochtend de telefoon ging en ik het bekende nummer op de display zag verschijnen, wist ik het eigenlijk al. Het strand moest nog even wachten helaas, want I. was ziek geworden.




ik kijk rond in la place, niet bepaald de gezelligste place to be en neem nog een hap van m’n ciabatta. je krijgt wel honger van dat eerder opstaan. ‘nu ik hier toch ben kan ik misschien ook even naar esprit, dat zit een aantal etages lager‘, bedenk ik, ‘het is de hoogste tijd dat m’n klerenkast wordt uitgemest en aangevuld met nieuwe spullen’. opruiming, letterlijk en figuurlijk, dat heb ik nodig op meer dan één gebied.

marjelle

the great escape patrick watson
 
de zee

De zee kun je horen
met de handen voor je oren,
in een kokkel, in een mosterdpotje,
of aan zee.
Judith Herzberg


‘Politie’, zei de man

Vanmiddag zag ik vanuit m’n raam allerlei mensen op een kluitje staan en wat mannen ingewikkeld heen en weer lopen in de verte. In eerste instantie dacht ik nog aan tv-opnames of misschien een verdwaalde landmeter en besloot meteen wat plaatjes te schieten. Doordat ik het deze week noodgedwongen rustig aan moest doen in verband met m’n rug was van veel weinig terechtgekomen en dat gold ook voor fotograferen. Ik was nog druk bezig met inzoomen toen de bel ging.


Geen zin, dacht ik, en ging verder met foto’s maken. Weer rinkelde de bel, en nog een keer. Besluiteloos keek ik om me heen, ik had me nog niet opgemaakt, m’n rug deed pijn- vervoigens werd er hard op de deur geklopt. Degene die mij dringend wilde spreken stond dus al in de gang. Ik haalde m’n schouders op en riep ‘ik kom!’ Voor mij stond een man met een legitimatiebewijs in z’n hand. ‘Politie’, zei hij. ‘Was u gisteren tussen half vier en half vijf thuis?’ Ik vroeg hem wat er gebeurd was, terwijl ik ondertussen koortsachtig nadacht waar ik toen was.

De agent vertelde dat er ’s middags een kind van acht gewond was geraakt op het pleintje hierachter en nu op de intensive care lag. Er was een projectiel in z’n hoofd gevonden, ging hij verder, maar het was onduidelijk of het om een kogel(tje) ging of iets van vuurwerk. Ze waren momenteel bezig met een grootscheeps buurtonderzoek om erachter te komen wat er zich precies had afgespeeld. Inmiddels herinnerde ik mij dat ik na de fysiotherapeut en boodschappen om drie uur thuis was en hij vroeg of ik iets gezien of gehoord had.

‘Helemaal niets’, zei ik, en voegde eraantoe dat het hier ook wel vaker lawaaiig is zodat andere geluiden minder opvallen. Nadat ik m’n persoonsgegevens had doorgegeven drukte hij me op het hart om contact op te nemen als me nog iets te binnen schoot. Ik knikte, wenste hem veel succes en sprak de hoop uit dat het met het jongetje helemaal goed zou komen. ‘Bizar’, zei ik nog, wat hij beaamde, vervolgens deed ik enigszins beduusd de deur achter hem dicht. Toen ik later de foto’s op m’n beeldscherm zag, bekeek ik ze opeens met andere ogen.

Marjelle



Hearts in the parc Patrick Watson


Politie onderzoekt verwonding kind
Jongen 8 mogelijk beschoten tijdens spelen