Tagarchief: kunsthal

Van speld tot hoofddoek…

… een hele Kunst

Foto’s gemaakt in de Kunsthal, Nicole Martens, MSLM-project, MAMA

De HEMA-hoofddoek is een politiek statement HP/DeTijd 21-09-2012
El HEMA Mediamatic tentoonstelling 2007-2008

Doornroosje?

Klik op de foto voor een een andere pose

Foto gemaakt in de Kunsthal

Keep breathing Ingrid Michaelson

Closer to you

Nadat N. de afspraak heeft afgezegd wegens ziekte heb ik opeens zeeën van tijd. Ik zou hem wegwijs maken in het kader van Welkom in Rotterdam, een mooi initiatief wat helaas ook wegbezuinigd wordt door Rutte-rechts, eind juni vindt de laatste mixbijeenkomst plaats. Waar heb ik zin in? Iets waarbij m’n camera aan z’n trekken komt bijvoorbeeld. Vaag herinner ik me een artikel over een fototentoonstelling in de Kunsthal. Het bijbehorende terras ken ik maar al te goed, de hal zelf heb ik nog nooit van binnen gezien. Dankzij de Rotterdampas kan ik er gratis in, dat stimuleert zeker om een kijkje te gaan nemen.

[slideshow]

Normaal ben ik niet zo’n museumganger alleen maak ik soms voor exposities met aansprekende titels, in dit geval ‘Closer to You’ en ‘Zoet&Zout’, een uitzondering. Om vier uur wandel ik de grote hal binnen, een aardige suppoost wijst me de weg naar de garderobe waar ik m’n kletsnatte plu afgeef. Ik wervel door de zalen, m’n camera en ik zien prachtige foto’s en genieten van bruisende onderwaterbeelden. Ik dwaal van Zoet naar Closer, loop trappen op en neer, onderweg wip ik nog even langs bij Andy Warhol en sta opeens oog in oog met een glimlachende John Lennon. Veel te vroeg is het alweer tijd om naar huis te gaan, de volgende keer ga ik langer en ook nog even bij de buurman langs.
Marjelle

Look at me John Lennon

Een zomerzondag in het park

Nadat ik bij toeval een optredenvan het Manuel di Candinho Quintet meemaak op het overvolle terras van de Kunsthal rij ik door naar Het Park. Vandaag is de laatste voorstelling in de ZomerZondagenreeks, precies op tijd zet ik m’n fiets naast een ijscokar. Op het met bloemen versierde podium op het veld tegenover het koetshuis zijn de Balcony Players net begonnen, hun muziek is een opzwepende mix van klezmer & gypsy. Het is druk in het park, jong, oud, dik, dun, met of zonder hond en kids, alles staat of ligt in het gras, de sfeer is ontspannen en de zon bij vlagen heet.

Onder de bezielende leiding van de violiste wordt het ene na het andere nummer vol overtuiging gebracht. Een stel kleintjes zit inmiddels zelfs al op het podium, mensen dansen, klappen en hebben het naar hun zin. Het enthousiasme spat dan ook van de jonge muzikanten af, een kleurrijke en internationale band, de een heeft z’n wortels in Peru, de anderen komen uit Nederland, België en de VS.  Leuk optreden en een mooi initiatief zo’n gratis festival voor alle Rotterdammers. Volgend jaar ga ik een aantal ZomerZondagen eerder op pad neem ik mezelf voor.
Marjelle

Als ik dood ben…

De zon brandt op m’n gezicht, ik moet oppassen, besef ik. Sinds ik de vorige keer in Apeldoorn met T. bijna de hele dag in parken en op terrasjes heb gezeten, is m’n zonne-allergie weer teruggekomen. Die rode bultjes vormen nog een herinnering aan een leuke ontmoeting. Voor het eerst in tijden zit ik weer op het terras van de Kunsthal die ik altijd nog eens van binnen wil bekijken, maar niet met deze zomerse temperaturen. De drie konijnen voor me baden in de zon, straks zet ik ze op de foto. Dat is het makkelijke van deze exemplaren, ze zitten muisstil, niet te vergelijken met het onstuimige gedrag van hun pluizige soortgenootjes van de kinderboerderij.

Een paar kinderen gebruiken het voorste konijn als glijbaan, het speels-nostalgische doet me denken aan Hairnet Paradise, een nummer van CocoRosie dat me eergisteren dwars door m’n ziel sneed. Zo boordevol heimwee, verlangen, lief en pijnlijk tegelijk. De emoties van het afgelopen jaar kwamen er weer uit, net als een aantal weken geleden toen ik bij A. was en hij over z’n vader vertelde die recent is overleden en nooit knuffelde of iets positiefs zei. Tot m’n schrik sprongen opeens de tranen in m’n ogen, omdat ik m’n eigen vader deels in het verhaal herkende. Dat intens verdrietige gevoel – om dingen en mensen die er niet meer zijn of nooit zijn geweest, om het leven dat af en toe z’n eigen onbegrijpelijke gang gaat waarbij je soms alleen maar machteloos toe kunt kijken – is de afgelopen dagen blijven hangen.



Als het nummer op een cd had gestaan in plaats van op Youtube, dan had ik het inmiddels grijsgedraaid. ‘Misschien wel een geschikt lied voor als ik straks dood ben’. Die gedachte komt plotseling in me op. Ik moet het er toch eens met m’n broer over hebben de volgende keer dat ik in Tilburg ben. Waarschijnlijk deze zomer nog, we zien elkaar zo’n beetje elk jaar. M’n vriendin begon er recent over, niet meteen over als ik dood was, meer in het kader van wie er gewaarschuwd moest worden als ik onverhoopt een ongeluk kreeg en in het ziekenhuis belandde. Dat krijg je als je alleen woont en op-een-na geen familie hebt, dan moet je dat soort dingen regelen. Misschien moest ik dat ook maar eens echt gaan doen.
Marjelle

Beautiful Boyz
CocoRosie & Antony Hegarty

Als de rook om je hoofd is verdwenen

Een kind zet het op een blèren terwijl de moeder krampachtig haar geduld probeert te bewaren op het drukke Kunsthalterras waar alle hoofden nu haar kant opgaan. Ik sla het tafereel gade en vraag me ondertussen af of ik binnen moet bestellen of dat er nog een serveerster uit een hoed getoverd wordt in plaats van het konijn voor me. ‘Kijk, Nijntje’, hoor ik een man tegenover me zeggen.

Aangezien ik niet geloof in wonderen op klaarlichte dag loop ik naar binnen en bestel een panini en een kop thee. Als ik af wil rekenen vraagt het meisje aan de man naast me ‘hoort u bij elkaar?’ waarop hij glimlachend zegt ‘nog niet’ en ik beslist ‘nee’ roep. Ik moet wel om z’n snelle reactie lachen.




de nazomerzon kruipt elke dag vermoeider achter een wolk vandaan. zo’n beetje hetzelfde gevoel als wanneer ik onder m’n warme dekbed uit probeer te komen op een koude dag. ik kijk naar het grasveld voor me waar het konijn inmiddels gebukt gaat onder een zware last, kinderen hangen aan z’n oren, staan op z’n poten en gebruiken z’n rug als glijbaan. er is er één die ook z’n andere kant ziet, hij aait enthousiast over de glimmende snuit.
als roker die niet meer rookt heb ik nu af en toe zelfs last van de sigarettenrook die medeterraszitters mijn kant uitblazen besef ik met verbazing. ook broodjes worden een stuk minder lekker vermengd met dat tabaksaroma, toch verdom ik het om zo’n anti-roken-fanaat als klink te worden, dus neem ik manmoedig nog een hap en blaas in mijn gedachten de rook weer terug.
marjelle


naast jou boudewijn de groot


Rio in Rotterdam!

Vandaag heb ik me voor het eerst in een paar dagen weer laten verlokken door de zon die tussen de wolken doorscheen. ‘En route!’ zei ik tegen mezelf. Op de Boompjes zag ik opeens een hele rij stilstaande vuilniswagens, de bijbehorende mannen zaten fluorescerend oranje aan de kant. Even dacht ik dat ik midden in een staking terechtgekomen was, maar ik hoorde verderop de dreunende klanken van trommels. Toen ik dichterbij fietste, zag ik een dansende schitterende menigte. ‘Gelukkig heb ik net de batterijen van m’n camera opgeladen’, ging door m’n hoofd.

 


Leuk om onverwacht
in exotische sferen te belanden in swingend hartje Rotterdam. Nadat ik m’n fiets had neergezet, klikte ik enthousiast om me heen. Ik ben alleen lang niet brutaal en groot genoeg om ook daadwerkelijk met m’n camera er bovenop te duiken, dat moet nog erg wennen. Dat deze mensen juist graag gefotografeerd willen worden en niet zoals anders soms verschrikt uit m’n beeld rennen, drong pas geleidelijk aan door. Nadat ik genoeg glitter & dans had gezien, fietste ik door naar de Kunsthal, m’n oorspronkelijke doel.

 

 

Bij een lekkere panini zit ik daar nu een stukje te schrijven in de zon, met uitzicht op het glimmende konijn ‘Zoef’ in de tuin. Aangezien het Museumpark er vlak naast ligt, ben ik van plan om erna nog even wat groenfoto’s te maken in de hoop dat ik deze keer geen hond tegenkom. Ondertussen denk ik terug aan die deinende lijven, het plezier dat er afspatte, maar vooral ook de vrije manier van bewegen en zijn. Mooi om te zien, net zoals die cheerende jongen met microfoon die z’n blikje bier op m’n fietstas had neergezet en me een stralendwitte glimlach gaf toen ik m’n fiets weer mee wilde nemen.

 

 

Ook denk ik even aan E. waar ik na de vakantie nog niks van gehoord heb, niets voor haar, ik had al een soort onbestemd gevoel bij ons laatste telefoongesprek en maak me zorgen over onze vriendschap, ook over de relatie met S. Het lijkt allemaal als zand tussen m’n vingers door te glippen… ‘Wat ligt er aan mij en wat aan hen, ga ik wel met de juiste mensen om?’ vraag ik mezelf regelmatig af de laatste tijd. Soms denk ik dat ik murw begin te worden op vrijwel elk gebied, maar ik duw nu alle gedachten weg inclusief de laatste. Vandaag heb ik mooie en blije mensen gezien en morgen zit ik op een boot.

Volgende keer duik ik er bovenop, wie weet.
Marjelle


Een impressie


 

 

 

 

 

‘Met Marjelle’

Het waait zo hard dat m’n Franse aantekeningen en miniwoordenboekje over de tafel van het Kunsthalcafé heen vliegen. Ook m’n haar staat inmiddels alle kanten op, behalve de goede. Ik besluit de rest thuis af te maken en R. te bellen, een blogger die ik nog nooit gesproken heb.


Het gejoel van kinderen om me heen vormt niet meteen het ideale decor voor een eerste gesprek, maar ik geloof niet in ideaal. Oké, Beer komt een aardig eind in de buurt, dat dan weer wel. Geen toeval ook dat ik een tijd geleden het blog ‘Mijn ideale blogman bestaat niet’ schreef. Gelukkig maar, het zou doodsaai worden.
Ik pak m’n mobieltje, klik op ‘R….’ en hoor de telefoon overgaan.
Toch wel spannend, hoe klínkt iemand die je alleen van mailen kent?
Marjelle

Spinvis – Leuke mannen bestaan wél!

De avond begon al meteen verkeerd. Een half uur en één beker witte wijn later stond ik op het punt naar huis te gaan. E. had me meegevraagd naar de Parade. Omdat ik afleiding heel goed kon gebruiken, zei ik ja, al ben ik nooit een festivalganger geweest, ik hou meer van klein & knus. Om half acht zou ik bij het Orkater-Sadists-podium zijn, ik had alleen niet gerekend op een lange rij in de zon en sloot geduldig achter aan. Eenmaal door de controle haalde ik nog snel wat te drinken, ‘die paar minuten maakt niet uit’, dacht ik.

Tot mijn verbazing bleek het geen open podium maar een tent waarin het optreden al in volle gang was. Ik kon het aardige meisje niet vermurwen om me alsnog binnen te laten, want dat zou de voorstelling verstoren, zei ze. Aangezien de act pas over een uur afgelopen was, besloot ik m’n kaartje in te wisselen en terug te gaan naar huis. Ik voelde me in die lachende, pratende mensenmassa extra alleen. Toen ik opnieuw in de nu nog langere sliert voor de kassa stond, zag ik opeens een pijl naar het Natuurhistorisch Museum. In een opwelling besloot ik ernaartoe te lopen ondanks m’n hekel aan wandelen, ik herinnerde me de grote kraai voor de glazen pui die ik graag op de foto wilde zetten.

Een paar minuten later was ik het gemiste optreden en kaartjesgedoe alweer vergeten toen ik rechts van mij een idyllisch plaatje zag, glooiend gras, bruggetjes, beelden glinsterend in de avondzon, snaterende eenden en zonnebadende mensen, voor het eerst zag ik het Museumpark, Rotterdam op z’n groenst. Het enige dat de idylle verstoorde was het woeste geblaf van rondspringende honden, voor mij een reden om snel verder te gaan. Al hou ik veel van dieren, sommige kom ik liever niet tegen. Ik kwam terecht bij het museum waar de kraai er nogal futloos bij stond, maar de venusbenen in de tuin m’n fotohart iets sneller deden kloppen.

Nadat ik weer herenigd was met E. en M. en we eensgezind aan wijn en bier zaten, bleek Spinvis een kwartier later op te treden. ‘Leuk!’ zei ik, ik ken hem nog van nummers als Bagagedrager en Aan de oevers van de tijd. Die veertig minuten in een donkere NAI-zaal maakten even alles goed, zijn warme stem, sympathieke uitstraling, intelligentie vermengd met humor en het iets onhandige-lieve; een mooi optreden, beter en indringender dan de cd. Ik kreeg zin om te dansen, verliefd te worden en dacht ‘zie je wel, leuke mannen bestaan nog!’ Alleen jammer dat ik ze niet tegenkom.
Marjelle