Tagarchief: Amsterdam

Van kraker tot bibliothecaris!

Na ‘Beeld van een blogger’ en ‘Beeld van een tweep’ komen in de derde serie Facebookers aan bod. Op zoek naar de mens achter de avatar, een ontmoeting met een man/vrouw in zijn/haar stad.

Beeld van een Facebooker (1)

Veel te vroeg kom ik op Amsterdam Zuid aan. Mijn afspraak met Marco is pas over een uur. Als ik even later uit lijn 5 stap, zie ik vlakbij The College Hotel liggen. Volgens een passant kun je er ondanks de chique façade ook in je spijkerbroek naar binnen. Op het terras drink ik een Tonic en warm een beetje op in de zon. Net voor vieren loop ik de bibliotheek in en zie Marco al zitten bij de receptie. Indringend groenbruine ogen, lang donker haar, het kan niet missen. We schudden handen en trekken ons terug in het Leescafé waar het nu rustig is na sluitingstijd. Marco praat snel en m’n pen glijdt driftig over het papier. Hopelijk raak ik thuis nog wijs uit alle aantekeningen die kriskras op de pagina staan.

Marco van Haperen
‘Wie zou jij willen interviewen als je deze serie zou doen?’ val ik met de deur in huis. Hij kiest voor schrijfster Christine Otten en zou haar graag een aantal vragen stellen over haar boek ‘In wonderland’. Hij vertelt dat hij nog maar betrekkelijk kort actief is op social media. Na zijn scheiding vier jaar geleden heeft hij een LinkedIn-profiel aangemaakt en is daarna pas op Twitter en Facebook begonnen. Hij ziet FB echt als een communicatiemiddel. ‘Als ik bijvoorbeeld een oproep doe “heeft iemand die en die gezien?”, dan krijg je meteen tips van alle kanten.’ Ook vindt hij het een handig medium om muziek op te sporen.

Over Facebook: ‘Digitale connectie is grotendeels plaatsvervangend voor persoonlijk contact.’

Zijn middelbareschooltijd begon op de havo die geleid werd door nonnen. Hij werd ervan afgegooid, kwam vervolgens op de mavo bij broeders terecht en deed later de havo-top-opleiding. Daarna heeft hij allerlei banen gehad, onder andere op de groenteveiling en in de tinfabriek. Ook heeft hij jaren als vrijwilliger gewerkt bij jongerencentrum Bombardon en WOW. Daar kwam hij voor het eerst in aanraking met een activist, om uiteindelijk vanuit Dongen naar het Amsterdamse kraakpand Tetterode te verhuizen. Er brak een tijd aan van actievoeren. ‘Organiseren zat er toch altijd al in’, zegt hij.

Een droom was ook om een eigen zaak te beginnen. Hij haalde zijn diploma Cafébedrijf en Horeca ondernemingsvaardigheden, maar kreeg de financiën niet rond. Hij kon vervolgens via het arbeidsbureau een cursus ‘Testen basisvaardigheden’ doen en kreeg een rondleiding bij diverse bedrijven. Toen hij de bibliotheek binnenliep was hij meteen verkocht. Via Maatwerk kon hij daar een baan krijgen, veel later kreeg hij de kans om de interne OBA-opleiding tot bibliothecaris te volgen die hij na twee jaar met succes afrondde.

Tijdens een snuffelstage in de bieb: ‘Ongelooflijk dat ik daar nooit aan heb gedacht. Dit is het!’

Na de scheiding belandde hij op een 1-kamerwoning in Amsterdam-Zuidoost. Op een gegeven moment kreeg hij een mail van een zekere Erna die zich afvroeg of hij de Marco was waarmee ze in Dongen op school had gezeten. Er volgde een steeds intensievere mailwisseling en uiteindelijk ontmoetten ze elkaar in Amsterdam waar hij haar naast andere markante punten ook het kraakpand liet zien waar hij jaren gewoond had. ‘We hebben een wandeling door mijn leven gemaakt’, zegt hij. In een café zoende hij haar toen voor het eerst en wist meteen ‘dit is ‘r!’
Marjelle

Op het nachtkastje ‘Het nulnummer’ van Umberto Eco
Marco draait Technicolor

Meer interviewseries vind je op Marjelle ontmoet

Geen zin in!

De lucht kleurt diepblauw, maar in plaats van uitwaaien op het strand of een andere kant van Rotterdam bekijken vanaf de boot stap ik al om 17 minuten over 11 in de trein naar Amsterdam Centraal. Slaperig kijk ik voor me uit, na een korte nacht van vier uur werd ik wakker door pijnstoten en had ik weer een klamkoortsig gevoel zoals steeds vaker het geval is. Voor het eerst in m’n leven is m’n temperatuur de hele week ruim één graad onder normaal. Aangezien ik niet in een koude gracht gevallen ben en ook niet onderkoeld, word ik van Google verder niet wijzer. Het liefste zou ik nu in een hoekje wegdoezelen, maar ik dwing m’n ogen op kijkstand.

Klik op de foto voor groter formaat

Over een paar uur begint de workshop ‘Zin in schrijven’. Een flesje bubbelwater, Amnesty-schrijfblok en drie pennen zijn de belangrijkste ingrediënten in m’n tas naast natuurlijk m’n mp3-speler, mobieltje, portemonnee, sleutels en nog wat onduidelijke varia. De inhoud van tassen en directories gaat bij mij altijd een eigen leven leiden, soms weet ik bij god niet meer wáár ik iets gelaten heb. Amsterdam, stad waar ik zelden kom, en elke keer als ik er ben weet ik weer waarom. Het is me te druk, te veel, te trendy, te gejaagd, te toeristisch, te ‘doe maar gek dan doe je al normaal genoeg’. Ik voel me er niet thuis.

In plaats van een pijl staat er een vriendelijke jongen voor de deur van het grachtenpand die me de weg naar boven wijst. Even later loop ik het bijna volle zaaltje in met een beker thee in m’n hand. Tijdens de lange inleiding van de jonge workshopdocente merk ik dat m’n gedachten afdwalen, wat jammer dat er geen tafels zijn en ik me straks in een spagaat moet wringen met m’n kladblok op m’n knieën. Van een zinderend verhaal zoals op de schrijfsite werd betoogd is geen sprake, het roept bij mij vooral verveling op. De nadruk op ‘leer bij het schrijven vertrouwen op je eerste gedachten in plaats van op je tweede, derde of vierde en schakel de innerlijke criticus uit’, klinkt mij niet echt nieuw in de oren.

Daarnaast leidt het af als een docente het met lidwoorden niet zo nauw neemt en het over ‘die essay’ heeft of termen als ‘eigenlijk’ en andere stopwoorden net iets te vaak gebruikt. Door het commentaar en de vragen van een aantal mensen om me heen krijg ik het gevoel dat ik de enige ben die deze workshop totaal niet boeiend vind. Als ik daarna bij een schrijfoefening de zin ‘Ik herinner me’ afmaak – tien minuten lang racet m’n pen non-stop over het papier en schrijf ik alles op wat in me opkomt – moet ik meteen denken aan The Artist’s Way, al stonden daar leukere en uitdagendere opdrachten in. Ik neem me voor om dat boek weer eens op te zoeken in de overvolle kast in de living.
Marjelle

Hoteldebotel!

Om drie uur vertrek ik dan eindelijk bepakt en bezakt, wat heeft een mens veel nodig zelfs voor anderhalve dag. Deze keer heb ik geen zin om weg te gaan, niet alleen ging m’n afspraak niet door, ook is Amsterdam mijn stad niet, maar op m’n kortingsbon staat 10 mei als uiterste houdbaarheidsdatum. In het kader van zonde van het geld, fotograferen is altijd leuk en het is zo’n heerlijk weer pak ik dan toch m’n spullen bij elkaar. Gelukkig kan ik me alleen ook goed amuseren, een talent dat af en toe van pas komt.  Eenmaal in de trein zet ik m’n gedachten op nul, verstuur een paar sms’jes, doe m’n koptelefoon op en luister voor het eerst in tijden weer naar CocoRosie.

Als ik in Amsterdam de zonnige kade op loop, besluit ik meteen naar het Amstel Botel te gaan, dat gezeul met weekendtas en laptop ben ik beu onderhand. Het NDSM-veer ligt al op mij te wachten, ik raak stilaan een beetje in vakantiestemming en ben benieuwd naar mijn nacht op het water, de laatste keer was op de boot naar Engeland. Terwijl het veer over het IJ glijdt, bewonder ik het prachtige uitzicht. Ik hou van varen, het roept een gevoel van vrijheid op. Een aardige Amsterdammer praat me ondertussen bij over de omgeving en raadt me aan te gaan eten in de IJ-kantine die aan de voet van m’n botel ligt. Wanneer ik bij de receptiebalie aankom is de ontvangst niet erg hartelijk, ik glimlach voor twee.

Het verbaast me wel vaker hoe mensen dag in dag uit hun werk met een lang gezicht kunnen doen, alsof dat het voor jezelf of je omgeving ook maar iets beter maakt. De botelkamer is leuk maar benauwd, snel schuif ik het raampje open en geniet van m’n room-with-a-view. Met een glas witte wijn loop ik even later het dek op, er zitten een paar verdwaalde Engelsen, verder geen gast te bekennen. Ik besluit R. te bellen, mail is niet het meest handige communicatiemiddel als je een afspraak wilt maken. Diezelfde avond beland ik op een verkeerd veer, kom in een foute kroeg terecht en ben blij als ik uiteindelijk de botelcontouren weerzie. Moe van zon, wijn en reizen doezel ik ten slotte weg bij de laatste songfestival(wan)klanken. Via T-Mobile HotSpot check ik nog even m’n mail en tweets, vervolgens kruip ik na een ontspannende douche onder de lakens.

Als ’s ochtends de telefoon gaat sta ik al bijna met één been naast m’n bed totdat het tot me doordringt dat het pas 06:23 uur is! Hé bah, ik wilde juist uitgerust zijn voor m’n afspraak morgen. De wake-upman zegt niet eens sorry en vermoeid draai ik me weer op m’n zij, maar word te veel afgeleid door buitengeluiden, roepende mensen en dichtslaande deuren om de slaap nog te kunnen vatten. Om kwart over tien rinkelt de telefoon weer, deze keer op tijd. Na een idyllisch ontbijt aan het water besluit ik toch geen paarden te gaan kijken in de Vondelstraat, maar in plaats daarvan een tussenstop te maken op Schiphol en vliegtuigen te spotten met m’n camera.
Marjelle

Gallows CocoRosie

Wanneer heb jij voor het laatst iets voor het eerst gedaan?

In plaats van te zingen ‘onder de douche’ zoals dat door menigeen vroeger in de rubriek van muziekkrant Oor werd gedaan, denk ik opeens aan vuriger taferelen als ik m’n lijf insmeer met Pure Care-doucheolie. De herinnering aan de vuurloop van een aantal jaar geleden komt naar boven. Niet alleen danste ik toen met blote voeten over gloeiende sintels, daarvoor hadden m’n partner en ik al een houten pijl gebroken. De pijlstukjes zijn aan de vooravond van m’n verhuizing naar Rotterdam in de prullenmand beland in het kader van less is more.

Welke andere dingen heb ik de afgelopen paar jaar voor het eerst gedaan, vraag ik me af onder de hete waterstraal. Midden in de nacht gaan dansen in een onbekende omgeving is er zeker een van, met angst en beven liep ik in het donker vanaf station Muiderpoort terwijl m’n toenmalige liefste vriend me moed insprak op m’n mobieltje. Van dansen springen m’n gedachten naar zingen. Vroeger heb ik weliswaar een tijdlang zangles gehad, maar de Afrikaanse zangworkshop in Leiden was nieuw voor me net als het dagje ‘Stembevrijding’ onder de bezielende leiding van Jan Kortie.

Ook met vreemde talen ben ik aan de slag gegaan, nu is taal sowieso een rode draad in m’n leven. Vorig jaar heb ik m’n Frans onder een dikke laag stof vandaan getoverd, vervolgens ben ik met Spaans begonnen. Elke keer als ik de zuidelijke keelklanken hoor, duiken beelden van Andalucía op. Ik versta het inmiddels redelijk, maar veel meer dan ‘hola’, ‘encantado’ en ‘adios’ komt er nog niet uit m’n mond helaas. Ook schrijven is al jaren niet meer uit m’n leven weg te denken, nieuw is wel dat ik bijna een jaar geleden begonnen ben met de serie ‘Beeld van een blogger’ waarbij ik bloggers ontmoet en op zoek ga naar de mens achter de avatar. In de toekomst wordt die reeks wellicht uitgebreid.

In 2009 heb ik het fotograferen ontdekt, door de verwonderde ogen van een kind naar m’n eigen stad kijken, een keer een water- of fietstaxi nemen in plaats van een tram. Met de camera in de hand ging er ook een groene wereld voor me open. Ik dartelde rond in botanische tuinen, doolde door parken en lunchte aan de Kralingse Plas. De Chinese tuin in Blijdorp werd een verlengstuk van m’n balkon eenhoog in Crooswijk, de kinderboerderijdieren een substituut voor een huisdierloos bestaan. Bij de workshop Visagie waren voor het eerst in lange tijd de rollen omgedraaid, nu werd ikzelf door het oog van de camera bekeken. Die foto is overigens zoekgeraakt.

Sinds kort ben ik aan het twitteren, slechts een veertigtal tweets hebben tot nu toe het levenslicht gezien, ondertussen begin ik dit speeltje waar je niets mee ‘hoeft’ wel enigszins te waarderen. Inmiddels volg ik onder anderen Louis Theroux, oorlogsverslaggever Arnold Karskens en Beer-man Witold Riedel.
Er zijn nog wel een paar dingen die ik voor het eerst heb gedaan de afgelopen periode, maar die wil ik of niet kwijt, waren te vervelend of zijn überhaupt het vermelden niet waard. Nu ben ik natuurlijk ook benieuwd naar jullie laatste voor het eerst-ervaringen.
Marjelle

Orca Wintersleep

‘Ga je mee naar VDGG?’

Opeens hoor ik m’n mobieltje in de verte piepen, vergeten uit te zetten, ik strek m’n pijnlijke spieren en draai me nog een keer voorzichtig om, de wereld moet even wachten tot ik weer beter ben. Later blijkt dat H. en F. gebeld hebben, de eerste om me nogmaals te feliciteren en te vertellen dat de lente is begonnen. ‘Het was zo zacht vandaag’, hoor ik haar stem op de VoiceMail, ze hoopt dat ik er ook een glimp van opgevangen heb vanuit de lappenmand. De tweede is m’n broer die een heel verhaal heeft ingesproken met als kernvraag of ik zin heb om mee te gaan naar het optreden van Van der Graaf Generator in Tivoli eind maart.

Verleidelijk idee, al moet ik er nu met m’n koortsige lijf niet aan denken, maar over twee weken is dat hopelijk heel anders. De laatste keer dat ik ze live heb gezien was in Amsterdam met J., m’n vorige ex. We waren toen net uit elkaar, maar wilden die afspraak toch door laten gaan. Al had de avond een beladen randje, toen de band eenmaal begon te spelen liet ik me meevoeren op de muziek. Even niet denken, alleen maar zijn. Ditmaal gaat m’n camera wel mee, alleen heb ik geen ervaring met fotograferen bij kunstlicht. De laatste keer in het WMDC waren dan ook alle foto’s jammerlijk mislukt.
Marjelle

When She Comes Van der Graaf Generator

Foto Witold Riedel